Bij SmartRanking zijn we altijd op zoek naar nieuwe kennis en inzichten op het gebied van SEO, dit delen we graag! In onze Status 200 Expert Found interviewreeks gaan we met ervaren vakidioten in gesprek. Dankzij hun diepgaande kennis en ervaring krijg je waardevolle inzichten hoe je jouw SEO strategie naar een hoger niveau tilt.
Na interviews met Roy Huiskes en Erwin Hofman, spreken we in dit derde interview met Chantal Smink, een ervaren content strateeg die anders naar SEO kijkt dan de doorsnee marketeer.
Ik ben Chantal Smink, SEO-specialist met 14 jaar ervaring. Ooit toevallig begonnen met SEO bij TUI Nederland, en na verschillende rollen werk ik nu vooral vanuit Zeeland met klanten door heel Nederland. Samen met Jerrel ben ik eigenaar van B2Brands. We werken veel samen, maar hebben ook zelfstandig onze eigen klanten. Ik heb een sterke focus op de Nederlandse markt vanwege mijn passie voor content in het Nederlands. Het idee was eerst om B2Brands als merk uit te bouwen, maar we werken nog steeds allebei onder onze eigen naam. Dat is handig want onze namen zijn bekender dan onze bedrijfsnaam!
Bij TUI Nederland startte ik ooit met SEO toen we een jongerenmerk wilden opbouwen dat moest concurreren met partijen als GOGO en Beachmasters. De manager vroeg of ik me op SEO wilde richten – zonder dat ik wist wat het inhield. Na een Google-zoektocht en veel leren met Peter van der Graaf, kwam ik er echt in terecht. Ik ontdekte al snel dat ik SEO interessant vond en besloot daar verder in te gaan.
In mijn werk bij Maxlead moest ik veel allround SEO-taken doen, van technische audits tot het maken van redirectlijsten. Al snel merkte ik dat ik meer voldoening haalde uit contentcreatie en het schrijven van leuke teksten. Content leek sneller resultaten te leveren, wat me motiveerde om deze kant van SEO verder te verkennen. Ik heb destijds zelf veel bijdragen geleverd aan “het vervuilen van de index” zoals ik het nu noem met blogs en teksten over allerlei onderwerpen, wat toen nog makkelijk traffic opleverde.
In de laatste twee, drie jaar is er een versnelling opgetreden, mede door machine learning en AI. Google kan nu veel beter begrijpen wat er op een pagina staat. De regels die al bestonden sinds Panda in 2010 zijn verfijnd, en Google zou nu echt de tools moeten hebben om slechte content te herkennen. Waar voorheen SEO-content makkelijk verkeer genereerde, zien we nu dat teveel partijen teveel van hetzelfde doen en dat niet meer de sleutel tot succes is. Je moet echt kwaliteit leveren om duurzaam succes te behalen.
Ik volg thought leaders zoals Lily Ray, Will Reynolds, Rand Fishkin, Aleyda Solis en Andrew Holland nauwlettend, vooral tijdens belangrijke updates. Daarnaast check ik zelf regelmatig de zoekresultaten, zowel in Nederland als de VS. Door zelf trends te monitoren, kan ik mijn ideeën en bevindingen onderbouwen en inspelen op veranderingen zonder klakkeloos andermans interpretaties over te nemen.
Ik richt me momenteel op het maken van waardevolle en duurzame content die echt aansluit bij wat gebruikers zoeken, en minder op de snelle winst met SEO-content. Verder werk ik met klanten aan bredere contentstrategieën die ook andere vormen zoals video’s en podcasts omvatten, zodat ze beter aansluiten bij de veranderende SERP’s en algoritmes van Google.
De groeiende rol van internationale spelers zoals Amazon en grote uitgevers, die door Google steeds meer voorrang lijken te krijgen, vormt een enorme uitdaging voor kleinere spelers. Daarnaast is de globalisering binnen zoekresultaten, zoals vertaalde content van internationale platforms, een bedreiging voor lokale content. Ik denk dat bedrijven zich moeten richten op een bredere marketingstrategie, met organische marketing in plaats van enkel SEO, om op lange termijn competitief te blijven.
Mijn drijfveer is vooral het delen van kennis en mijn eigen verhaal. Wat begon als een soort professioneel dagboek, groeide uit tot een platform voor interactie en het delen van inzichten. Ik geniet van de gesprekken en reacties die volgen, en het gevoel dat ik met mijn content anderen kan inspireren of aan het denken kan zetten.
Ik gebruik frameworks zoals QPAFFCCGMIM (een zelfbedacht framework), waarmee ik de situatie van de klant echt probeer te begrijpen en verder wil kijken dan zoekwoordonderzoek, ik doe al jaren geen zoekwoordenonderzoek meer om te bepalen waar we het over gaan hebben. Door diep in te gaan op de context van de doelgroep kan ik relevantere content creëren die beter inspeelt op hun behoeften.
Prioritering komt vaak neer op het inschatten van de impact per project. Voor B2B-klanten kijk ik bijvoorbeeld welke klantgroepen het snelst converteren of de meeste potentiële waarde hebben, en focus ik eerst op die onderwerpen. Daarnaast beslissen we soms samen met de klant wat het meest waardevol is om als eerste op te pakken.
Gebruikerssignalen hebben zeker impact, vooral nu Google steeds beter kan bepalen welke content relevant is voor de gebruiker. Signalen zoals kliks, tijd op de pagina, en interactie geven aan hoe waardevol een pagina is. Ik merk dat als de techniek in orde is, kwalitatieve content vaak beter presteert dankzij positieve gebruikerssignalen. Ik zat laatst een onderzoek te doen voor een partij die bijna al het verkeer kwijt was, als je dan kijkt naar wat er nu rankte dan waren dat partijen die qua insteek veel betere informatie/pagina’s hadden die direct gingen over een pijnpunt van de zoeker of daarop inspeelden. Die andere partijen snapten wat mensen willen weten en hoe je de klik kunt krijgen. Dan doe je het goed: je weet de klik te verdienen, maar ook de bezoeker echt te “belonen” daarvoor. Dat moet Google haast wel terugzien in gebruikerssignalen.
Ik meet op verschillende niveaus, afhankelijk van de klant en wat we voor ze doen. Voor sommige klanten kijk ik naar de groei in branded verkeer, wat aangeeft dat hun naam bekender wordt. Dat vind ik een belangrijk signaal dat organische marketing goed werkt. Daarnaast gebruik ik traditionele SEO-rapportages zoals rankings en verkeer, maar ik let ook op kwalitatieve signalen, zoals hoeveel nieuwe mensen bereikt iemand op social, hoe vaak wordt de content gedeeld en hoeveel mensen nemen contact op naar aanleiding van de content. Voor elke klant ziet m’n rapportage er anders uit.
Een project waar ik trots op ben is een samenwerking in de medische sector. Door niet alleen SEO-content te maken, maar ook video’s en podcasts te lanceren, domineren we nu de SERP op belangrijke zoekwoorden met allerlei elementen. Dit project laat echt zien hoe je met een brede aanpak impact kunt maken.
Absoluut. SEO kan tegenwoordig niet meer losstaan van andere kanalen. Zo zorgt technische SEO bijvoorbeeld voor snelle laadtijden, wat ook helpt voor conversies vanuit andere kanalen. We kijken in die zin ook naar het creëren van content die kan worden gedeeld op social media en andere platforms, zodat de klant breed zichtbaar blijft. In mijn visie kan je geen content meer maken voor SEO. Helpful content vraagt andere investeringen dan SEO-content. Je moet dus de investering met andere kanalen gaan delen.
Ja, ik heb ooit een webshop, een echt B-label en dozenschuiver, als klant gehad. Ik wilde daar graag echt goede dingen voor doen en mooie content maken. Daar zat de directie helemaal niet op te wachten, die wilde gewoon snel ranken met SEO-content, zo snel mogelijk 2.000 blogs met SEO-teksten live zetten. Achteraf gezien heb ik daar te lang nog aangetrokken, dat zou ik nu niet meer doen. Als je het zelf beter weet, moet je het zelf doen, maar dan trek ik m’n handen ervanaf.
Ik denk dat corporates en grote partijen de meeste uitdagingen hebben als het om SEO gaat. Wat Google nu van je wil, dat gaat steeds meer een andere werkwijze vragen en corporates zijn vaak traag om daarop in te spelen. Ik werk er zelf helemaal niet graag voor. Ik werk het liefste voor kleinere partijen die snel kunnen schakelen zoals de medische speler. Hier zagen we dat op alles op één rankten, maar toch verkeer verliezen omdat de CTR onder druk staat. Dan moet je snel denken: wat gaan we doen om te zorgen dat mensen toch onze content vinden, onze boodschap. In nog geen paar maanden tijd stonden er video’s en podcasts online en we zien nu dat die onderaan de streep lijken op te vangen wat we verliezen aan SEO-verkeer.
De mythe dat SEO iets is wat één persoon of afdeling binnen een organisatie kan beheren. SEO vergt de inzet van een hele organisatie, want je bouwt E-E-A-T niet op met alleen wat SEO-content of een auteursbio en pagina. Zonder de input en buy-in van experts, blijf je SEO-content maken die er al voldoende is: appeltaarten content zoals ik het noem. De crux zit hem in waarde toevoegen en daar heb je veel meer mensen in het bedrijf bij nodig.
Verbreding is essentieel. SEO draait niet meer om het schrijven van een tekst met wat zoekwoorden erin. Kijk verder en werk aan een breed organisch bereik via meerdere kanalen en contentvormen, al die contentvormen kunnen ook weer ranken in SEO. Die geïntegreerde aanpak wordt steeds belangrijker om succesvol te zijn.
Chantal heeft het concept "QPAFFCCGMIM" bedacht. Wil je meer weten over QPAFFCCGMIM? Lees dan het complete artikel erover op de website van Chantal.
Met een passie voor SEO en een grote drive om resultaten te behalen, is Jarik Oosting de drijvende kracht achter SmartRanking. Met meer dan 13 jaar ervaring in het veld heeft Jarik een schat aan kennis opgebouwd, variërend van technische SEO tot complexe migraties. Als oprichter van SmartRanking heeft hij een team van gelijkgestemde SEO specialisten samengebracht die bedrijven helpen hun online potentieel te realiseren.
Zijn academische achtergrond in Informatiewetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen, met een specialisatie in Natural Language Processing, geeft hem een unieke kijk op de wereld van SEO. Voor Jarik gaat het niet alleen om vindbaarheid in zoekmachines, maar om het delen van kennis en het begeleiden van bedrijven naar duurzaam online succes.